DE POORT, AUGUST 14, 2002
Posted: Wed Feb 25, 2015 10:55 -0700
INTERVIEW MET STAN SAKAI, TEKENAAR VAN HET ALBINOKONIJN USAGI YOJIMBO
by GEERT DE WEYER (DE POORT, AUGUST 14, 2002)
Meer dan drieduizend pagina's heeft de uit Japan afkomstige tekenaar Stan Sakai achter de rug waarin Usagi Yojimbo, het ondertussen beroemde albinokonijn in samoeraipak, een prominente rol wordt toebedeeld. De op de historische Miyamoto Mushashi gebaseerde langoor is ondertussen in negen talen vertaald. De eerste vier comics zijn in het Nederlands verschenen, en in de Japanse Toren in Laken vindt een kleine expositie plaats. Een gesprek over geweld, The Simpsons, Amerikaanse ouders, research en Japanse folklore.
'De Japanse legendes blinken nu eenmaal uit in geweld'
Wie denkt dat de 48-jarige, in Kyoto (Japan) geboren Stan Sakai zweert bij manga, oftewel het Japanse stripverhaal, vergist zich danig. "Ik ben Japans-Amerikaans van de derde generatie en groeide op met Amerikaanse comics. Ik wist wat manga's waren, maar verkoos ze liever niet te lezen wegens het ontbreken van ook maar enige emotionele binding.
Hoewel hij van het begin van het interview meteen duidelijk maakt dat hij maar wat graag wil terugkeren naar Japan en in zijn verhalen steeds weer de Japanse cultuur en folklore bewierookt, is er geen haar op zijn hoofd dat eraan denkt op een zelfs riante aanbieding vanuit zijn geboorteland in te gaan. "Manga is mijn stijl niet en het zou betekenen dat ik Usagi de nek moet omdraaien. In Japan moet ik er namelijk niet aan denken mijn strip aan een uitgever voor te stellen. Het doet er niets. Helemaal niets! Geen enkele buitenlandse strip heeft daar trouwens ooit voet aan de grond gekregen."
"In 1998 werd ik tot mijn grote verbazing uitgenodigd door Osamu Tezuka Productions (de firma van de overleden, wereldvermaarde tekenaar van 'Astroboy', GDW) en ook al gingen de gesprekken over strips, op geen enkel moment had ik het gevoel dat er interesse was om mijn werk te verspreiden in Japan. Maar goed, het klopt wel dat ik graag zou willen publiceren in Shonen Jump, een striptijdschrift dat met een oplage van vier miljoen het best verkochte ter wereld is. Het is de droom van menig tekenaar om daarin te staan, maar dat wil niet zeggen dat ik er mijn ziel wil voor verkopen."
Sakai zegt dolblij te zijn met zijn antropomorfe stripfiguur, dat tekenen hem absolute vrijheid geeft en dat er zelfs na achttien jaar geen sprake is van sleur. Misschien heeft dat wel met zijn unieke contract te maken. Zijn lijvige overeenkomst met Dark Horse is dan ook in die mate opgesteld dat enige controle of bemoeizucht van de uitgeverij onmogelijk wordt gemaakt. "Ik ontwerp, teken, doe mijn eigen lettering en wanneer alles klaar is, lever ik het in en zij geven het uit. That's that".
Lijfwachtkonijn
De reeks 'Usagi Yojimbo' (letterlijk zou het 'lijfwachtkonijn' betekenen) speelt zich af in het feodale Japan van de zeventiende eeuw. Hoofdpersonage is een zekere Miyamoto Usagi, een samoerai die plots zijn heer verliest tijdens een veldslag en vanaf dan, in acht nemend dat een samoerai tijdens één leven slechts één heer kan dienen, doelloos en eenzaam rondreist op zoek naar de geest van de krijger, de bushido.
Auteur Sakai dompelt de pelsen samoerai op zijn tocht onder in de Japanse folklore, waar om elke hoek wel een kappa (watergeest) of tengu (bergkwelgeest) zijn opwachting maakt. Avontuur met grote A dus, waarin fantasy, historiek en mythologie naadloos in elkaar overlopen. "Maar tussen de regels", zo meent de auteur, "gaat het vooral over een man die op zoek is naar zijn innerlijke, spirituele zelf."
Sakai baseerde zich voor zijn figuurtje op een historische en in Japan razend populaire figuur: Miyamoto Mushashi. "Behalve dat die man twee legendarische zwaarden ontwierp en beschouwd wordt als de belichaming van de samoerai, stond hij bekend als filosoof, beeldhouwer en dichter. Hij is in ontelbare films en boeken opgedoken. Het eerste idee was een reeks baseren op zijn leven, maar na een tijdje begon ik te spelen met de figuren en besloot ik hem niet alleen een pels en flaporen te geven, maar veranderde ik ook zijn naam van Miyamoto Mushashi naar Miyamoto Usagi. Later doken nog andere historische figuren op als de Date Masamune, een van de machtige heersers in het feodale Japan die shogun wilde worden, of Tomoe Gozen, een vrouwelijke strijdster die geroemd werd om haar schoonheid en speertechnieken (grijnst). In mijn comic heb ik er een kattenstrijdster van gemaakt. Ook een mooie dame, hoor."
Ondanks de gruwelen en het geweld wordt Usagi Yojimbo over de hele wereld gecatalogiseerd als een zogenaamd 'funny animal', en dat zint Sakai wel. "Ik vind het een goed woord. Weet je, elk dier met een zachte uitstraling dat tot me spreekt - of het nu Bugs Bunny, Stampertje uit Bambi of een ander Disney-karakter is - noem ik meteen een funny animal. Natuurlijk, als je Usagi in heel agressieve of serieuze scènes ziet, schrik je daar wel even van, maar ik beroep me erop dat ik het geweld heb kunnen inperken. Je zult, zoals in manga's, geen afgehakte hoofden, bebloede ledematen of afgrijselijk verminkte personages tegenkomen."
Toch blijft het vreemd dat Sakai nota bene in de VS met de Parents Choice Award (PCA) werd gelauwerd, een prijs die wordt uitgereikt aan auteurs die kindvriendelijke uitgaven maken en zich vervolgens inzet om net die werken te promoten bij andere ouders over de hele VS. "Het zal je misschien nog meer verbazen, maar een van mijn boeken wordt zelfs als lesmateriaal gebruikt in scholen waar de Japanse cultuur wordt aangehaald. De ouders van de PCA hebben het gelukkig goed begrepen. Mijn verhalen mogen dan soms gewelddadig lijken, ze zijn in de eerste plaats verweven met de werkelijke geschiedenis en zijn historisch correct. En die Japanse veldslagen en legendes, wel, die blinken nu eenmaal uit in geweld. (Grijnst) Kan ik het helpen?!"
The Simpsons
In Amerika is Sakai ondertussen een grote meneer. Sinds hij achttien jaar geleden in de stripindustrie terechtkwam, heeft hij meer dan 3.000 pagina's bijeen getekend, wat goed was voor zo'n 125 comics. Elk jaar komen er daar nog eens zo'n tien bij. Hij sleepte, vaak voor zijn uitmuntende en minutieuze research, tientallen prijzen en belangrijke nominaties in de wacht, waaronder drie Eisner Awards en, onlangs nog, een American Library Association Award. De Japanse Amerikaan beweert bij hoog en bij laag geen weet te hebben van hoeveel exemplaren er van 'Usagi' ondertussen over de toonbank gingen, maar voegt er meteen aan toe dat die oplage zelfs niet in de buurt komt van de superheldencomics van Marvel of DC Comics. Nochtans kan hij op niet weinig respect rekenen binnen het wereldje.
Wanneer jaarlijks een bundeling van zijn comics verschijnt dringen de internationale grootmeesters zich op om een voorwoord te mogen schrijven. Op die manier slopen de namen van Will Eisner, Jodorowsky en Stan Lee in 's mans oeuvre en mocht onlangs ook Max Allen Collins zich aan dat lijstje toevoegen, wiens strip Hellevaart door Dreamworks wordt verfilmd en bij de literaire uitgeverij Atlas is verschenen. Ook Matt Groening zag brood in Sakai en stelde hem voor een Simpsons-aflevering te tekenen. "Vooral Matts kinderen zijn grote fans van Usagi", grijnst hij. "Ik heb een grote bewondering voor Matt en voor The Simpsons, dus ik moest niet lang aarzelen voor ik toezegde een verhaal te tekenen. Stel je er niet te veel van voor, hoor. Ik heb een kortverhaal uit de Halloween-cyclus gemaakt. That's it."
Dat zijn eigen figuurtje erg populair is, mag blijken uit het feit dat hij in de voorbije jaren tal van producers over de vloer kreeg. Maar de ontmoetingen waren van kortstondige aard en mondden telkens opnieuw uit in een teleurstelling. "Ach, in de Verenigde Staten wordt op elk project wel eens een filmoptie genomen", blaast hij. "Maar het probleem dat zich bij Usagi voordoet, is dat het weliswaar een leuk karaktertje lijkt, maar dat de verhalen vaak te serieus van toon zijn. Daar botsen we telkens opnieuw over. En vermits ik die verhaaltjes weiger aan te passen, gebeurt er in feite niets. Het dichtst bij ons doel waren we toen een televisiemaatschappij me vroeg designschetsen te maken, maar ook dat stopte abrupt. Daarna volgden nog voorstellen voor een animatiefilm en het laatste voorstel dat ik hoorde was om er een poppenfilm van te maken."
Op de vraag of het samoeraikonijn niet uitermate geschikt is als gameheld, zwijgt hij even. "Ik vind het niet leuk om over toekomstige projecten te praten," klinkt het verveeld, "maar goed; ja op dit moment is Gameboy bezig met de productie van 'Usagi'. Maar ik blijf wantrouwig; er ligt namelijk een grote stap tussen de ontwikkeling en de verkoop. Voorlopig wil ik me dan ook op het tekenen toeleggen. De rest interesseert me niet meer".
De eerste vier deeltjes van Usagi Yojimbo verschenen bij uitgeverij Enigma. De backcover werd telkens door een tekenaar van hier getekend (Jean-Philippe Stassen, Alec Severin, Mauricet en Mick Oosterveer). De expositie in de Japanse Toren in Brussel, waar Sakai een vijftiental werken heeft hangen samen met de Belgische auteur Michetz (Kogaratsu) loopt nog tot 29 september.
by GEERT DE WEYER (DE POORT, AUGUST 14, 2002)
Meer dan drieduizend pagina's heeft de uit Japan afkomstige tekenaar Stan Sakai achter de rug waarin Usagi Yojimbo, het ondertussen beroemde albinokonijn in samoeraipak, een prominente rol wordt toebedeeld. De op de historische Miyamoto Mushashi gebaseerde langoor is ondertussen in negen talen vertaald. De eerste vier comics zijn in het Nederlands verschenen, en in de Japanse Toren in Laken vindt een kleine expositie plaats. Een gesprek over geweld, The Simpsons, Amerikaanse ouders, research en Japanse folklore.
'De Japanse legendes blinken nu eenmaal uit in geweld'
Wie denkt dat de 48-jarige, in Kyoto (Japan) geboren Stan Sakai zweert bij manga, oftewel het Japanse stripverhaal, vergist zich danig. "Ik ben Japans-Amerikaans van de derde generatie en groeide op met Amerikaanse comics. Ik wist wat manga's waren, maar verkoos ze liever niet te lezen wegens het ontbreken van ook maar enige emotionele binding.
Hoewel hij van het begin van het interview meteen duidelijk maakt dat hij maar wat graag wil terugkeren naar Japan en in zijn verhalen steeds weer de Japanse cultuur en folklore bewierookt, is er geen haar op zijn hoofd dat eraan denkt op een zelfs riante aanbieding vanuit zijn geboorteland in te gaan. "Manga is mijn stijl niet en het zou betekenen dat ik Usagi de nek moet omdraaien. In Japan moet ik er namelijk niet aan denken mijn strip aan een uitgever voor te stellen. Het doet er niets. Helemaal niets! Geen enkele buitenlandse strip heeft daar trouwens ooit voet aan de grond gekregen."
"In 1998 werd ik tot mijn grote verbazing uitgenodigd door Osamu Tezuka Productions (de firma van de overleden, wereldvermaarde tekenaar van 'Astroboy', GDW) en ook al gingen de gesprekken over strips, op geen enkel moment had ik het gevoel dat er interesse was om mijn werk te verspreiden in Japan. Maar goed, het klopt wel dat ik graag zou willen publiceren in Shonen Jump, een striptijdschrift dat met een oplage van vier miljoen het best verkochte ter wereld is. Het is de droom van menig tekenaar om daarin te staan, maar dat wil niet zeggen dat ik er mijn ziel wil voor verkopen."
Sakai zegt dolblij te zijn met zijn antropomorfe stripfiguur, dat tekenen hem absolute vrijheid geeft en dat er zelfs na achttien jaar geen sprake is van sleur. Misschien heeft dat wel met zijn unieke contract te maken. Zijn lijvige overeenkomst met Dark Horse is dan ook in die mate opgesteld dat enige controle of bemoeizucht van de uitgeverij onmogelijk wordt gemaakt. "Ik ontwerp, teken, doe mijn eigen lettering en wanneer alles klaar is, lever ik het in en zij geven het uit. That's that".
Lijfwachtkonijn
De reeks 'Usagi Yojimbo' (letterlijk zou het 'lijfwachtkonijn' betekenen) speelt zich af in het feodale Japan van de zeventiende eeuw. Hoofdpersonage is een zekere Miyamoto Usagi, een samoerai die plots zijn heer verliest tijdens een veldslag en vanaf dan, in acht nemend dat een samoerai tijdens één leven slechts één heer kan dienen, doelloos en eenzaam rondreist op zoek naar de geest van de krijger, de bushido.
Auteur Sakai dompelt de pelsen samoerai op zijn tocht onder in de Japanse folklore, waar om elke hoek wel een kappa (watergeest) of tengu (bergkwelgeest) zijn opwachting maakt. Avontuur met grote A dus, waarin fantasy, historiek en mythologie naadloos in elkaar overlopen. "Maar tussen de regels", zo meent de auteur, "gaat het vooral over een man die op zoek is naar zijn innerlijke, spirituele zelf."
Sakai baseerde zich voor zijn figuurtje op een historische en in Japan razend populaire figuur: Miyamoto Mushashi. "Behalve dat die man twee legendarische zwaarden ontwierp en beschouwd wordt als de belichaming van de samoerai, stond hij bekend als filosoof, beeldhouwer en dichter. Hij is in ontelbare films en boeken opgedoken. Het eerste idee was een reeks baseren op zijn leven, maar na een tijdje begon ik te spelen met de figuren en besloot ik hem niet alleen een pels en flaporen te geven, maar veranderde ik ook zijn naam van Miyamoto Mushashi naar Miyamoto Usagi. Later doken nog andere historische figuren op als de Date Masamune, een van de machtige heersers in het feodale Japan die shogun wilde worden, of Tomoe Gozen, een vrouwelijke strijdster die geroemd werd om haar schoonheid en speertechnieken (grijnst). In mijn comic heb ik er een kattenstrijdster van gemaakt. Ook een mooie dame, hoor."
Ondanks de gruwelen en het geweld wordt Usagi Yojimbo over de hele wereld gecatalogiseerd als een zogenaamd 'funny animal', en dat zint Sakai wel. "Ik vind het een goed woord. Weet je, elk dier met een zachte uitstraling dat tot me spreekt - of het nu Bugs Bunny, Stampertje uit Bambi of een ander Disney-karakter is - noem ik meteen een funny animal. Natuurlijk, als je Usagi in heel agressieve of serieuze scènes ziet, schrik je daar wel even van, maar ik beroep me erop dat ik het geweld heb kunnen inperken. Je zult, zoals in manga's, geen afgehakte hoofden, bebloede ledematen of afgrijselijk verminkte personages tegenkomen."
Toch blijft het vreemd dat Sakai nota bene in de VS met de Parents Choice Award (PCA) werd gelauwerd, een prijs die wordt uitgereikt aan auteurs die kindvriendelijke uitgaven maken en zich vervolgens inzet om net die werken te promoten bij andere ouders over de hele VS. "Het zal je misschien nog meer verbazen, maar een van mijn boeken wordt zelfs als lesmateriaal gebruikt in scholen waar de Japanse cultuur wordt aangehaald. De ouders van de PCA hebben het gelukkig goed begrepen. Mijn verhalen mogen dan soms gewelddadig lijken, ze zijn in de eerste plaats verweven met de werkelijke geschiedenis en zijn historisch correct. En die Japanse veldslagen en legendes, wel, die blinken nu eenmaal uit in geweld. (Grijnst) Kan ik het helpen?!"
The Simpsons
In Amerika is Sakai ondertussen een grote meneer. Sinds hij achttien jaar geleden in de stripindustrie terechtkwam, heeft hij meer dan 3.000 pagina's bijeen getekend, wat goed was voor zo'n 125 comics. Elk jaar komen er daar nog eens zo'n tien bij. Hij sleepte, vaak voor zijn uitmuntende en minutieuze research, tientallen prijzen en belangrijke nominaties in de wacht, waaronder drie Eisner Awards en, onlangs nog, een American Library Association Award. De Japanse Amerikaan beweert bij hoog en bij laag geen weet te hebben van hoeveel exemplaren er van 'Usagi' ondertussen over de toonbank gingen, maar voegt er meteen aan toe dat die oplage zelfs niet in de buurt komt van de superheldencomics van Marvel of DC Comics. Nochtans kan hij op niet weinig respect rekenen binnen het wereldje.
Wanneer jaarlijks een bundeling van zijn comics verschijnt dringen de internationale grootmeesters zich op om een voorwoord te mogen schrijven. Op die manier slopen de namen van Will Eisner, Jodorowsky en Stan Lee in 's mans oeuvre en mocht onlangs ook Max Allen Collins zich aan dat lijstje toevoegen, wiens strip Hellevaart door Dreamworks wordt verfilmd en bij de literaire uitgeverij Atlas is verschenen. Ook Matt Groening zag brood in Sakai en stelde hem voor een Simpsons-aflevering te tekenen. "Vooral Matts kinderen zijn grote fans van Usagi", grijnst hij. "Ik heb een grote bewondering voor Matt en voor The Simpsons, dus ik moest niet lang aarzelen voor ik toezegde een verhaal te tekenen. Stel je er niet te veel van voor, hoor. Ik heb een kortverhaal uit de Halloween-cyclus gemaakt. That's it."
Dat zijn eigen figuurtje erg populair is, mag blijken uit het feit dat hij in de voorbije jaren tal van producers over de vloer kreeg. Maar de ontmoetingen waren van kortstondige aard en mondden telkens opnieuw uit in een teleurstelling. "Ach, in de Verenigde Staten wordt op elk project wel eens een filmoptie genomen", blaast hij. "Maar het probleem dat zich bij Usagi voordoet, is dat het weliswaar een leuk karaktertje lijkt, maar dat de verhalen vaak te serieus van toon zijn. Daar botsen we telkens opnieuw over. En vermits ik die verhaaltjes weiger aan te passen, gebeurt er in feite niets. Het dichtst bij ons doel waren we toen een televisiemaatschappij me vroeg designschetsen te maken, maar ook dat stopte abrupt. Daarna volgden nog voorstellen voor een animatiefilm en het laatste voorstel dat ik hoorde was om er een poppenfilm van te maken."
Op de vraag of het samoeraikonijn niet uitermate geschikt is als gameheld, zwijgt hij even. "Ik vind het niet leuk om over toekomstige projecten te praten," klinkt het verveeld, "maar goed; ja op dit moment is Gameboy bezig met de productie van 'Usagi'. Maar ik blijf wantrouwig; er ligt namelijk een grote stap tussen de ontwikkeling en de verkoop. Voorlopig wil ik me dan ook op het tekenen toeleggen. De rest interesseert me niet meer".
De eerste vier deeltjes van Usagi Yojimbo verschenen bij uitgeverij Enigma. De backcover werd telkens door een tekenaar van hier getekend (Jean-Philippe Stassen, Alec Severin, Mauricet en Mick Oosterveer). De expositie in de Japanse Toren in Brussel, waar Sakai een vijftiental werken heeft hangen samen met de Belgische auteur Michetz (Kogaratsu) loopt nog tot 29 september.